Hoe komt het dat je gitaarsnaren soms piepen of andere irritante bijgeluiden geven? Hoe kun je onbedoelde en hinderlijke snaargeluiden tijdens je gitaarspel zoveel mogelijk voorkomen? Een goede techniek bij het plaatsen of optillen van de vingers van je linkerhand en bij het schuiven over een snaar kan veel ergernis voorkomen. Bestudeer de meest voorkomende oorzaken van vervelende bijgeluiden van gitaarsnaren en pas de praktische tips toe om de problemen te verhelpen.
Dit artikel bestaat uit de volgende paragrafen:
- Wat zijn normale bijgeluiden van gitaarsnaren?
- Wat zijn abnormale bijgeluiden van gitaarsnaren?
- Oorzaken van piepjes, knierpjes en knoerpjes bij het gitaarspel
- Eigenschappen van omwikkelde gitaarsnaren
Wat zijn normale bijgeluiden van gitaarsnaren?

Tijdens het spelen op de gitaar hoor je soms zachte bijgeluiden van de snaren. Als het goed is, zijn die klikjes of tikjes niet of nauwelijks storend. Feitelijk is dit bijgeluid een typische eigenschap van de gitaar, net zoals je bij de dwarsfluit af en toe heel lichtjes het geluid van de kleppen hoort.
Op sommige cd’s hoor je af en toe zo’n zacht klikje of tikje van een snaar of een licht geluid bij het schuiven over de bassnaren. Vooral op cd’s die al wat langer geleden zijn opgenomen, kunnen die bijgeluiden duidelijk hoorbaar zijn. Dat op de nieuwere cd’s dergelijke geluiden zelden voorkomen, heeft deels te maken met de opnametechniek (het wegpoetsen van de bijgeluiden) en deels ook met het gebruik van speciale, gepolijste (groundwound) of gecoate gitaarsnaren.
Wat zijn abnormale bijgeluiden van gitaarsnaren?
Tijdens het spelen behoor je géén last te hebben van betrekkelijk luide piepjes of geknars van je gitaarsnaren. Feitelijk vormen deze onaangename bijgeluiden een signaal om aan de techniek van je linkerhand te gaan werken.
Oorzaken van piepjes, knierpjes en knoerpjes bij het gitaarspel
Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen voor hinderlijke bijgeluiden tijdens het spelen op de gitaar. Meestal gaat het om
- Een te lang uiteinde van een gitaarsnaar
- Een geknapte wikkeling van een bassnaar
- Zeer droge vingers
- Onvoldoende afstemming tussen linkerhand en rechterhand
- Verkeerde techniek bij het plaatsen of optillen van de vingers van de linkerhand
- Onnodig zwaar schuiven over snaren bij positiespel
- Stroeve bassnaren
Voor al deze oorzaken bestaan effectieve oplossingen. Al vraagt het verhelpen van sommige problemen wel wat meer tijd en inspanning dan andere problemen.
Het probleem van een trillend bijgeluid komt geregeld voor bij enigszins onhandig geplaatste snaren op een klassieke gitaar. Kijk of een van de uiteinden van de snaren contact maakt met het bovenblad van de gitaar. Dat uiteinde trilt dan tijdens je spel hoorbaar mee met het bovenblad.
De oplossing is simpel: knip voorzichtig een stukje van het uiteinde van die snaar af en je hebt je probleem verholpen.
Een geknapte wikkeling bassnaar
Bij de bassnaren van de gitaar is de kern van de snaar omwikkeld met een doorlopende metalen draad. Als de wikkeling het op een bepaald punt door slijtage heeft begeven, ontstaat een onaangenaam trillend geluid. Dat geluid kan ook hoorbaar zijn als je een andere snaar dan de snaar met de kapotte wikkeling aanslaat.
Ook voor dit probleem bestaat een eenvoudige oplossing. Zoek om te beginnen uit welke snaar een defecte wikkeling heeft. Meestal zit het defect vlak bij de kam of bij de topkam. Deze snaar dient te worden vervangen.
Beter nog is het om dan alle bassnaren tegelijk te vervangen. Op deze manier voorkom je dat de nieuwe snaar veel helderder is en beter doorklinkt dan de andere, oude bassnaren.
Een compleet nieuwe set snaren op je gitaar (dus de vervanging van zowel de melodiesnaren als de bassnaren) is natuurlijk voor de kwaliteit van je geluid het fijnst.
Zeer droge vingers

Geven je melodiesnaren een zacht piepend bijgeluid? Als je melodiesnaren van nylon of carbon zijn, treedt dit effect soms op als je vingers erg droog zijn. Waarschijnlijk ben je de enige die zich aan dat heel zachte gepiep stoort. Je publiek valt dit bijgeluid doorgaans niet op.
Sommige mensen lossen dit probleem van zeer droge (en daardoor wat ruw aanvoelende) vingers op door hun vingers even door hun haar te halen. Aangezien menselijk haar altijd iets vettig is, kun je het probleem van je al te droge vingers verhelpen door ze even door je haar te halen en daarmee het piepprobleem te verhelpen. Bedenk wel dat eventuele chemicaliën (van shampoo of andere middelen) de snaren kunnen aantasten. Dat is tevens het bezwaar tegen het gebruik van een handcrème vlak voor het spelen. Ga in elk geval na het spelen met een droge, niet-pluizende doek over de snaren heen, om ze zo schoon mogelijk te houden.
Onvoldoende afstemming tussen linkerhand en rechterhand
De kans is groot dat als je de snaar met je rechterhand aanslaat, je een of meer snaren nog niet met de vingers van je linkerhand met voldoende kracht tegen de hals hebt ingedrukt. Lees ook de adviezen en tips voor de basishouding van je linkerhand en van je rechterhand bij het gitaar spelen.
De oplossing is theoretisch eenvoudig: zorg ervoor dat alle niet-open snaren die je wilt aanslaan, goed contact met de toets van de hals hebben op het moment dat je met de vingers van je rechterhand die snaren aanslaat.
Dit resultaat bereik je door de grepen langzaam te oefenen en daarbij erop te letten dat je met elke vinger voldoende druk op de onderliggende snaar uitoefent. Let erop dat je niet onnodig hard de snaar indrukt, omdat dit de flexibiliteit bij het spelen vermindert en tot blessures kan leiden. Het gaat erom precies de juiste druk te vinden waarbij de snaar goed tegen de toets wordt gedrukt.
Verkeerde techniek bij het plaatsen of optillen van de vingers van de linkerhand
Let erop dat je de snaar altijd loodrecht omlaag naar de toets drukt. Laat je vinger als een helikopter op de snaar landen. Veel mensen hebben echter de neiging om hun vinger als een vliegtuig schuin omlaag te laten landen en dan nog een stukje over de landingsbaan (in dit geval de snaar) te schuiven alvorens tot stilstand te komen. Daarbij is onvermijdelijk sprake van veel wrijving.
Stel je voor dat je een vinger van de vierde positie op de D-snaar naar de tweede positie op de A-snaar wilt brengen. De neiging om de kortste weg te nemen en daarbij enigszins schuin en zijwaarts op juiste positie op de A-snaar te ‘landen’ is groot. Bij deze aanpak ontstaat er veel wrijving op de snaar en is de kans op een onbedoeld bijgeluid groot. Beter is het om je vinger zorgvuldig te positioneren boven de plaats waarop je met de vinger de snaar wilt indrukken.
Denk er ook aan dat je de vinger ook weer loodrecht van de snaar tilt. Laat je vinger dus als het ware opstijgen als een helikopter. Als je de vinger schuin omhoog zou brengen, loop je meer risico op onbedoelde bijgeluiden.
Onnodig zwaar schuiven over snaren bij positiespel
Meestal is het je linkerhand die bij het schuiven over een van de omwikkelde snaren een akelig geluid veroorzaakt. Wordt het piepende, krassende of raspende geluid veroorzaakt door het schuiven van een vinger van je je linkerhand over de bassnaren? Bijvoorbeeld als je barréakkoorden bij je positiespel gebruikt?
Dit soort schuiven over een bepaalde snaar is vaak bedoeld voor een betere controle op het wisselen van de grepen. Klassieke gitaristen plegen de volgende drie oplossingen te hanteren:
- Til de vinger waarmee je wilt gaan schuiven, eerst heel lichtjes op van de snaar. Bewaar daarbij wel het contact met die gitaarsnaar.
- Schuif niet met je vingertop zelf, maar met de zijkant van die vingertop. Dit doe je nadat je de druk van de vinger op de snaar hebt weggehaald door die vinger een klein beetje op te tillen.
- Probeer eens of schuiven met het zachte ‘kussentje’ van je vingertop tot een beter resultaat leidt.
Stroeve bassnaren
Doorgaans heeft een klassieke gitaar drie nylonsnaren en drie met metaal omwikkelde bassnaren. In sommige gevallen is de G-snaar niet van nylon, maar evenals de drie bassnaren van een omwikkeld materiaal. De folkgitaar heeft naast drie enkelvoudige metalen melodiesnaren ook drie omwikkelde bassnaren.
De bassnaren van nieuwe gitaarsnaren veroorzaken iets meer bijgeluid dan snaren die je al enkele weken goed hebt ingespeeld. Dat komt omdat de vingers van je linkerhand tijdens het spelen de snaren als het ware iets ‘polijsten’ en daardoor minder stroef worden. Tegenwoordig kun je speciale gitaarsnaren kopen die speciaal zijn vervaardigd om minder bijgeluiden te geven.
Eigenschappen van omwikkelde gitaarsnaren
De omwikkelde snaren van een gitaar kunnen: roundwound, flatwound, gepolijst (groundwound) of gecoat zijn.
Roundwound snaren zijn de ‘gewone’ bassnaren. Deze gitaarsnaren hebben een winding met een lange, ronde metalen draad. Als je een setje gitaarsnaren koopt, zijn je snaren doorgaans roundwound, ook al staat dat niet op de verpakking. Dit type snaren is het voordeligst bij de aanschaf.
De andere types snaren hebben bassnaren die gladder aanvoelen en minder bijgeluiden tijdens het spelen geven. Deze speciale snaren zijn niet alleen wat duurder, maar hebben deels ook andere klankeigenschappen dan de gewone roundwound snaren.
- Flatwound snaren hebben een platte wikkeling en worden vaak gebruikt door jazzgitaristen.
- Gepolijste (‘polished’ of groundwound) snaren genieten doorgaans de voorkeur van klassieke en folkgitaristen.
- Dat geldt ook voor gecoate snaren, die bovendien langer meegaan.
De bovenstaande oplossingen voor hinderlijke bijgeluiden bij het spelen op je gitaar kunnen je helpen om aanmerkelijk minder gepiep of geknars tijdens het spelen te horen en daardoor nog meer plezier in je gitaarspel te krijgen.
Een eerdere versie van dit artikel werd op 22 mei 2012 door de auteur, Manon Troppo, gepubliceerd op Infonu.nl onder de titel: ‘Gitaarsnaren: zeven oplossingen voor bijgeluiden’.
Dossier gitaar
Dit artikel maakt deel uit van het dossier gitaar.