Gitaar leren spelen is veel gemakkelijker als je vanaf het eerste begin op een goede lichaamshouding let. Voor een goede speeltechniek heb je een verantwoorde basishouding voor de linkerhand en voor elk van de vingers nodig. Leer wat de aanwijzingen 0-4 in bladmuziek voor de linkerhand betekenen. En hoe je de linkerhand op de toets van je gitaar plaatst en wat daarbij de positie van je linkerduim is. En ook hoe je voorkomt dat je vingers per ongeluk de onderliggende snaren van de gitaar raken.
Dit artikel bestaat uit de volgende paragrafen.
- Voorbereiding op het plaatsen van de linkerhand op de toets van de gitaar
- Linkerduim
- Overige vingers van de linkerhand
Voorbereiding op het plaatsen van de linkerhand op de toets van de gitaar
Als je eenmaal de correcte zithouding weet aan te nemen, is het tijd om aan een goede houding van de linkerhand te gaan denken.

Om te beginnen, ga goed rechtop zitten. Je hals daarbij mag een tikkeltje naar voren buigen, zodat je wat beter zicht op de toets van de gitaar krijgt (de toets is de doorgaans zwarte bovenkant van de gitaarhals).
Overigens wil je op den duur wel zoveel mogelijk ‘blind’ spelen. Dan kijk je, als spelend, vooral naar je bladmuziek en/of naar je publiek en zo min mogelijk naar je linkerhand.
Laat je linkerhand ontspannen omlaag hangen. Buig dan je arm en breng je hand naar de toets. Houd je schouder ontspannen.
Trek de hals van de gitaar een beetje naar je toe. Zo kan je linkerhand wat comfortabeler bij de toets. En bovendien kun je dan makkelijker waar nodig naar je vingers kijken.
Een veelgemaakte houdingsfout van beginnende gitaristen is dat zij de hals van hun instrument een beetje van zich af duwen, in plaats van deze naar zich toe te trekken. Die houdingsfout beperkt niet alleen het gemak waarmee je de grepen kan plaatsen, maar ook je gevoelsmatige contact met de gitaar.
Merkwaardig genoeg vind je afbeeldingen in sommige gitaarmethodes waarbij de hals niet enigszins naar de gitarist toe, maar juist van de gitarist af wordt geduwd.
Linkerduim
Bij de klassieke speeltechniek bevindt de duim zich altijd aan de achterkant van de gitaarhals, ergens tegenover de eerste en de tweede vinger, dat wil zeggen tussen de wijsvinger en de middelvinger.
De duim steekt dus nooit boven de gitaar uit en wordt nooit gebruikt om er een bassnaar mee aan te slaan. Daarom bestaat er in de klassieke gitaarmuziek geen speciale aanduiding voor het gebruik van de linkerduim.
Maar als je grote handen hebt, kun je op die manier mogelijk toch prettig spelen. Houd er wel rekening mee dat de meeste klassiek opgeleide gitaardocenten je duim beslist nooit boven de gitaarhals willen zien uitsteken.
In sommige leerboeken voor de folkgitaar wordt de ‘p‘ (van ‘pouce‘) gebruikt om de duim een bassnaar te laten spelen. Het nadeel van een dergelijke houding is dat de andere vingers dan minder bewegingsvrijheid hebben, al speelt dat bij de smallere hals van een countrygitaar minder sterk dan bij de klassieke gitaar.
In tegenstelling tot wat veel mensen denken, is het niet de bedoeling dat de duim een actieve tegendruk biedt aan de druk van de andere vingers op de toets. Sterker nog, de duim mag slechts een klein beetje druk uitoefenen. De benodigde tegendruk tegen de andere vingers is vooral afkomstig van de biceps van de linkerarm, de borstkas en de rechter onderarm.
De overige vingers van de linkerhand

- In de bladmuziek voor de gitaar worden de vingers van de linkerhand aangegeven met cijfers.
- 0: er staat géén vinger op de snaar
- 1: wijsvinger
- 2: middelvinger
- 3: ringvinger
- 4: pink
Zet de eindkootjes van de vingers zoveel mogelijk rechtop. Op die manier voorkom je dat je onbedoeld de onderliggende snaren van de gitaar raakt. In beginsel laat je de kootjes van je vinger niet ‘zwikken’.
Spreid je vingers zodanig dat je wijsvinger in het eerste vakje vanaf de hals komt te staan. Dit eerste vakje noemen we de eerste positie. Zet daar je wijsvinger vlak voor de eerste fret, je middelvinger op de tweede positie (vlak voor de tweede fret) en je ringvinger op de derde positie (vlak voor de derde fret). Houd je pink ontspannen vlak naast je ringvinger boven de snaar en nooit onder de gitaarhals.
Willen je vingers nog niet ver genoeg spreiden? Maak dan gebruik van een capo (voluit capodastro of capotasto) en plaats deze bijvoorbeeld op de derde positie.
Een capo fungeert als een verplaatsbare topkam. Hoe dichter je bij de klankkast komt, des te dichter staan de vakjes (officieel heten dit de ‘posities’) bij elkaar. Dus de afstanden tussen de fretten zijn dan gemakkelijker te overbruggen.
Natuurlijk is het wel zo dat als je een capo op bijvoorbeeld de derde positie plaatst, alle noten een kleine terts hoger klinken dan anders. Dat komt omdat je als je een capo gebruikt, de snaren als het ware verkort. En hoe korter de snaar, des te hoger die klinkt.
Er valt nog veel meer te vertellen over het gebruik van je linkerhand bij de gitaar te vertellen maar dit is het minimum wat je wilt weten, om succesvol gitaar te leren spelen. Nu je basishouding voor je linkerhand weet, wordt het tijd om meer te weten te komen over de basishouding voor de rechterhand bij het gitaar spelen.
Een eerdere versie van dit artikel werd op 2 februari 2012 door de auteur, Manon Troppo, gepubliceerd op Infonu.nl onder de titel: ‘De gitaar en je linkerhand: de basishouding’.
Dossier gitaar
Dit artikel maakt deel uit van het dossier gitaar.
Bronnen
- The Art of Classical Guitar Playing; Charles Duncan; Summy-Birchard Inc, Miami, 1980
- Mel Bay’s Modern Classical Guitar Method, Grade 1; Stanley Yates, Melbay; 2008
- Gitaarstarter 1: elementaire gitaarmethode; Cees Hartog; Alsbach Educa; Naarden
- Ik speel gitaar! Complete uitgave; Aaike Jordans; De Haske