Categorieën
Musiceren algemeen

Zelfstandig muziek instuderen

Hoe studeer je zelf bladmuziek in?

Er bestaan verschillende manieren om jezelf nieuwe bladmuziek eigen te maken en te spelen op je eigen muziekinstrument: met en zonder gebruik van cd, mp3, een muzieknotatieprogramma of andere manieren om  je een beeld te vormen van muziek die je wilt gaan instuderen. Wat zijn de voor- en nadelen van het werken met audiovoorbeelden? Welke tips en trucs voor het instuderen van muziek passen het beste bij jou?

Nieuwe bladmuziek, altijd weer een boeiend avontuur

Foto van bladmuziek; bron: www.photos-public-domain.com
Voorbeeld van bladmuziek

Als je onbekende bladmuziek voor je op je lessenaar hebt staan, vraag je je soms af hoe je van al die bolletjes, al dan niet voorzien van enkele, dubbele of drievoudige vlaggetjes en toevallige verhogingen of verlagingen ooit klinkende muziek kunt maken.

Globaal gesproken kun je op drie manieren (en combinaties daarvan) muziek instuderen:

Luisteren naar en/of meespelen met bestaande muziek op cd of mp3

Een handige en eenvoudige manier om een idee te krijgen van de manier waarop je bepaalde muziek zou kunnen uitvoeren, is te luisteren naar uitvoeringen van de muziek die je wilt instuderen. Veel muziek is verkrijgbaar op cd of mp3 en/of te beluisteren op Youtube.

Als je luistert naar  de verschillende interpretaties van de verschillende uitvoeringen van bepaalde muziek, leer  je niet alleen hoe de muziek bijvoorbeeld zou kunnen klinken, maar ontdek je ook wat je mooi of juist minder mooi vindt aan een bepaalde uitvoering. Op deze manier kun je je door bestaande muziekuitvoeringen laten inspireren om tot je eigen muzikale interpretatie te komen.

Je kunt nog een stap verdergaan. Als je de muziek waarop je wilt gaan studeren op cd of mp3 hebt, kun je die  in een vertraagd tempo afspelen met behulp van een speciaal instudeerprogramma zoals BestPractice 1.03 of met een speciale cd-speler met bijzondere opties zoals bepaalde dj-cdspelers van Tascam.

Met dergelijke hulpmiddelen kun je de muziek in een voor jou geschikt, vertraagd tempo afspelen, zonder dat daarmee automatisch de toonhoogte verandert. Ook kun je de toonhoogte van de muziek aanpassen aan de stemming van jouw instrument. Bovendien kun je bijvoorbeeld een lastige passage isoleren en eindeloos laten herhalen totdat je dat moeilijke gedeelte goed onder de knie hebt.

Oefenen met een digitaal muzieknotatieprogramma

Als je niet over een bestaande uitvoering van je muziek beschikt, kun je ervoor kiezen om de moeilijke passagen bladmuziek over te tikken in een digitaal muzieknotatieprogramma zoals Finale of een voordelig alternatief daarvan.

Vervolgens kun je op je eigen muziekinstrument met dit programma meespelen en beschik je over mogelijkheden die min of meer vergelijkbaar zijn met die onder de vorige paragraaf zijn genoemd.

Bedenk wel dat je dan feitelijk meespeelt met een midi-bestand, dat afhankelijk van de kwaliteit van de sampling  en diverse andere factoren min of meer als echte muziek kan klinken.

Ook is het overtypen van bladmuziek tamelijk arbeidsintensief. Waarschijnlijk wil je daarom geen complete muziekstukken, maar alleen de complexe passages daaruit overnemen.

Systematisch je eigen weg in de bladmuziek zoeken

In de vorige twee paragrafen heb je gelezen hoe je je op een gemakkelijke manier een indruk kunt vormen van bepaalde bladmuziek en er verder mee aan de slag kunt gaan. Maar natuurlijk komt er veel meer kijken bij het instuderen dan een eerste oriëntatie op het na te streven eindresultaat en het oefenen van lastige passages.

Er bestaat slechts weinig dat jou qua muzikale ontwikkeling  zo snel vooruit helpt als goede studiegewoonten. Wil je nieuwe muziek gaan oefenen, of eerder ingestudeerde muziek op een hoger plan brengen, dan kan een systematische aanpak je aanzienlijk veel tijd en ergernis besparen.

Aan de ontwikkeling van muzikale studiegewoonten wordt niet altijd uitgebreid aandacht gegeven in het muziekonderwijs. Dankzij het aanbrengen van een bepaalde structuur in je oefensessies werk je niet alleen gericht aan het (beter) leren spelen van een of meer bepaalde stukken bladmuziek, maar ook aan je technische vaardigheden op je muziekinstrument en je muzikale inzicht in het algemeen.

Afhankelijk van het niveau waarop je speelt, kun je een muzikale oefensessie bijvoorbeeld als volgt structureren:

  • Bekijk het te bestuderen stuk. Wat kun je er technisch over zeggen? Wat valt je op? Over dit aspect en meer lees je in het artikel Hoe leer je een muziekstuk beter kennen?
  • Speel bij wijze van opwarming de toonladder(s) van het stuk dat je wilt oefenen.
  • Speel de gebroken drieklank van die toonladder(s) als je een blaasinstrument  bespeelt. Dus als je stuk in G-majeur staat, speel je achtereenvolgens de G, de B en de D over alle de registers. Als je een akkoordinstrument zoals een piano of een gitaar speelt, speel je daarnaast ook de drieklanken van die toonladder(s) als blok.

Technische vaardigheden versus spelen met gevoel

Hoe belangrijk het op zich ook is om je technische vaardigheden te oefenen, toch gaat er niets boven het spelen met gevoel. Het is beter om vol overtuiging de verkeerde noten in het verkeerde tempo te spelen, dan alle noten technisch correct maar zonder enig gevoel te laten horen.